DE STAD, HET DORP EN HET LANDSCHAP DAT ZIJN DE PLEKKEN WAAR WE LEVEN
LANDSCHAP
We leven met z’n allen in een landschap. Dat landschap kan meer stedelijk of landschappelijk van aard zijn. In de stad is dat vaak een dichtbebouwd en stedelijk landschap. In een dorp of daarbuiten is dat meestal kleinschalig bebouwd met veel open ruimte. Elke plek heeft zo zijn eigen charme.
GENIUS LOCI
Als mensen zijn we altijd binnen of buiten. Buiten verbindt binnen. De bebouwde ruimte, alle gebouwen om ons heen, zijn met elkaar verbonden door buitenruimte. De relatie tussen die twee vormt de basis van onze leefomgeving. Of dat nu in de stad, in het dorp of een eenzame woning in het buitengebied is. De configuratie van de bebouwing in relatie tot de openbare ruimte vormt de ruimtelijke basis en identiteit van een plek.
UNICITEIT
Elke plek kenmerkt zich door haar eigen unieke configuratie en daarmee haar eigenheid. De synthese van de eigenheid van een plek, de fysieke condities en aanwezige potenties in combinatie met de onvermijdbare verandering in tijd vormen de basis van elke ruimtelijke ontwerp ingreep.
ADAPTIE
Met behulp van ruimtelijk onderzoek naar de aanwezige eigenheid en emotie van een plek laten we de ware potentie en karakteristiek van een plek tot bloei komen. Begrippen als tijdloos en toekomstbestendigheid staan bij deze zoektocht centraal. Hetgeen resulteert in een ontwerp met een natuurlijke en vanzelfsprekende eigenheid met een groot adoptievermogen.